Van Duolingo:
- De paarde drinken water. – The horses drink water.
- Zijn het kranten? – Are they newspapers?
- Ik lees boeken. – I read books.
- Eenden drinken water. – Ducks drink water.
- Wij zijn schildpadden. – We are turtles.
- Zij lezen de kranten. – They read the newspapers.
- De honden eten brood. – The dogs eat bread.